Nieuw onderzoek: menselijke voorouders leefden kort met dinosauriërs samen

Nieuw onderzoek: menselijke voorouders leefden kort met dinosauriërs samen

Verspreid de liefde

Dat “The Flintstones” misschien toch méér dan alleen fantasie was, klinkt nu ineens minder gek. Stel je voor: onze verre voorouders — ergens tussen konijnen en boomspitsmuizen — deelden korte tijd de aarde met dinosauriërs. Nu ja, volgens pallobiologen uit Bristol en Fribourg is dat niet eens zo’n wild idee meer.

Dat staat tenminste in een recent, opvallend artikel uit Current Biology. De onderzoekers doken diep in het fossielenarchief van de zogenaamde placentaire zoogdieren — daar vallen mensen, honden en vleermuizen onder — en kwamen tot een conclusie die je zelfs bij Naturalis zou doen glimlachen.

Zoogdieren vóór de K-Pg inslag: feit of fabel?

De grote meteoriet die ruim 66 miljoen jaar geleden insloeg, maakte met een klap een einde aan het dinosaurus-tijdperk. De meeste dino’s verdwenen, maar vogels, wat kleine reptielen als hagedissen en kikkers overleefden de ramp. Toch blijkt dus nu dat onze voorouders — de vroegste placentale zoogdieren — toen al rondliepen.

Hoe kwamen ze daarachter?
De onderzoekers pakten duizenden fossielen en keken naar patronen van het ontstaan en uitsterven van die groepen. Hierbij bleek dat belangrijke lijnen zoals primaten (onze tak), lagomorfen (hazen, konijnen) en carnivoren (denk aan honden en katten) al vlak vóór de meteorietinslag evolueerden.

Statistiek, fossielen en een sprankje toeval

“We verzamelden letterlijk duizenden fossielen en zagen verschuivingen in soorten door de tijd”, vertelt Emily Carlisle van Bristol. Als je goed kijkt wanneer lijnen voor het eerst opduiken en hoe de diversiteit zich ontwikkelt, kun je inschatten wanneer ze ongeveer geëvolueerd zijn, vult Daniele Silvestro van de Universiteit Fribourg aan.

  • Primaten — onze eigen voorouderlijn
  • Lagomorfen — konijnen en hazen, die iedereen in het Amsterdamse Bos kent
  • Carnivoren — honden, katten (en vossen die in Noord-Holland wel eens door de tuin lopen)

Het geheime leven van onze oer-opa’s

Door het verdwijnen van de dino’s kregen zoogdieren ineens alle ruimte. Ze hoefden niet meer op te boksen tegen giganten en konden zich razendsnel diversifiëren. Wat deze oervorm van ons precies was, is nog niet helemaal duidelijk — de oudste fossielen zijn klein en knaagdierachtig. Denk aan een beestje als Purgatorius: een soort piepklein gravend diertje, niet veel groter dan een muis met een wilde bos haar. Dus ja, waarschijnlijk waren onze allervroegste familieleden vooral snel, schuw en bepaald niet koninklijk.

Waarom u dat niet mag vergeten bij uw volgende museumbezoek

Wat kunnen we hiermee? Bij een volgend bezoek aan museum Naturalis — of gewoon tijdens een boswandeling in de duinen — kun je u zich afvragen: liep hier ooit een verre verre oudoom van ons, terwijl een T-Rex in de verte de boel opschudde? Volgens deze studie: ja, een beetje wel.

Vond je dit een verrassende twist in onze evolutionaire familiegeschiedenis? Deel het gerust met je vrienden: wie weet krijg je de volgende paleontoloog binnen de familiekring!